Fixed gear (fixie) single speed fiets bouwen

door Marc Roodveldt
Fixed Gear Fixie Fiets

Je ziet ze misschien wel eens rijden, die strakke sportfietsen, beetje retro en nagenoeg geen onderdelen behalve het broodnodige en vaak zelfs geen remmen. Deze fietsen noemt men Fixed gear fietsen of Fixie’s. De officiële Nederlandse benaming voor deze fietsen is doortrapper maar dat klinkt een beetje knullig. Officieus mag je deze en voorgaande termen overigens pas echt gebruiken als de fiets geen freewheel heeft. Ofwel, als het achtertandwiel vast zit op de achteras. Dit betekent dat je twee kanten uit kunt trappen en dat je benen alleen stil staan als je wiel daadwerkelijk stil staat.

Achtergrond

Over het algemeen zijn fixed gear fietsen oude race/ baanfietsen die opgeknapt een aangepast zijn. Je hebt ook wel af-fabriek fietsen maar die tellen voor de echte liefhebber niet mee. Het principe van een fixed gear  is namelijk grotendeels gebaseerd op het zelf maken en modificeren. Op die manier ontstaat er een enorme diversiteit. Iedere fiets is een kunstwerk op zich. De enige beperkingen waar men tegenaanloop zijn dan ook budget en fantasie.

De fixie/ fixed gear single speed trend is over komen waaien vanuit Amerika, daar worden ze veel gebruikt door fietskoeriers. Voor zover ik de historie heb kunnen achterhalen is dit ontstaan in San Fransisco (dezelfde plek waar ook de Friday Night Skate is ontstaan). Uiteraard gaat de historie van het principe van een vast tandwiel veel verder terug. Ik heb het gevoel dat de trend in Nederland nog niet echt een max heeft bereikt. In London zie je namelijk veel meer fixie’s en Fixed gear “speciaalzaken”.

Mijn fixed gear avontuur

Aangezien ik op zoek was naar een eenvoudige, onderhoudsvrije fiets waar ik, indien nodig, langere afstanden mee kon rijden, besloot ik om Marktplaats te verkennen. In eerste instantie ging mijn voorkeur uit naar een oude racefiets. Gewoon een simpel ding voor dagelijks gebruik. Helaas viel mijn oog al snel op een zeer stijlvolle en eenvoudige fiets. Het bleek een fixed gear. Ik deed een bod en wachtte geduldig af. Mijn geduld werd niet beloond want, achteraf gezien, bleek mijn bod een belachelijk bod. Het was waarschijnlijk zelfs een belediging voor de maker.

Custom fixed gear fiets

Toch bleef het design van de fiets in mijn hoofd hangen. Ik ging op zoek naar iets soortgelijks maar kon niks vinden wat ook maar enigszins in de buurt kwam… Logisch want fixed gear fietsen zijn natuurlijk allemaal uniek. Althans, de “echte” fixed gear fietsen. Niet die slappe, vrolijk gekleurde Chinese fabrieksfietsen van 20 kilo per stuk… Tijdens mijn zoektocht werd duidelijk dat veel lokale fietsenwinkels (voor de kenners: LBS – Slang voor Local Bike Shops), online shops en zelfs de meer gespecialiseerde winkels geen of een zeer beperkt aanbod qua fixed gear fietsen hadden. Op zich logisch want niemand wil zijn handen branden aan het bouwen van een fixie die niemand koopt. Liefhebbers zijn namelijk eerder op zoek naar losse onderdelen dan naar een complete fiets. En zo begon het fixed gear avontuur.

Aangezien het bouwen van een eigen fixed gear fiets een heel proces is en ik niet overal de juiste informatie kon vinden besloot ik er dan ook nog maar eens een blog aan te wijden. Onderstaand vind je de nodige stappen en bovenstaand een menu zodat je, indien je bepaalde informatie zoekt, snel naar het betreffende hoofdstuk kunt navigeren. Bij vragen kun je me tevens mailen.

De start

Al het begin is lastig, zo ook het beginnen aan je fiets. Wat voor een frame neem je? Begin je met een oude complete fiets of koop je alles los? Koop je toch een fixie in de winkel of een fixie die al door iemand anders is gebouwd? Wat is handig?

Allereerst denk ik dat je je budget voorop moet stellen. Je kunt het zo gek maken als je zelf wilt. Mijn budget was, na wat onderzoek, tussen de 600 en 1000 euro. Daarbij moet ik wel vermelden dat ik bepaalde onderdelen graag nieuw wou kopen en dat ik niet de meeste geduldige persoon van de wereld ben. Soms betaal ik liever wat meer dan dat ik dagen het internet af moet struinen naar bepaalde onderdelen. Ik weet daarom ook zeker dat mijn fixed gear fiets, met meer uren, goedkoper had kunnen worden.

Hierna komt het creatieve deel. Hoe moet de fiets er uitzien? Welke kleuren? Retro of modern? etc. Ofwel, het design. Je kunt het design in je hoofd hebben maar uit eigen ervaring kan ik je mededelen dat foto’s van voorbeeld fietsen je een stuk verder kunnen helpen als je op zoek bent naar bepaalde onderdelen (zo zal de lokale fietsenwinkel bepaalde onderdelen wel van een foto kunnen herkennen). Als je erg handig bent kun je wellicht een ontwerp maken. Een simpele tool is de iOs app My Fixie. Het is niet de meest gebruiksvriendelijke app (helemaal niet voor op de iPhone) maar het is wel uitgebreid genoeg om eens flink je fantasie de vrije loop te laten gaan. Voor inspiratie kun je een kijkje nemen op fixedgeargallery.com.Mooie strakke fixieEen mooie, strakke FixieHandig voor je kratjesFixie in het zwartDuidelijk een racefietsclose-up stuur

Het frame / voorvork

Je frame is het belangrijkste onderdeel. Als je een beetje research doet dan is een stijf, stalen frame het meest geschikt. Het beste frame is toch wel een frame zonder oogjes en met de juiste drop-outs (later meer). Je komt dus snel bij een oude racefiets (in België overigens koersfiets – voor als je over de grens gaat zoeken) en eventueel een oude baanfiets (deze frames zijn al helemaal strak omdat er geen kabels overheen lopen). Als de fiets veel oogjes bevat dan kun je ervoor kiezen om deze voorzichtig weg te slijpen. Gemiddeld betaal je voor een goed frame tussen de 100 en de 300 euro. Uitzonderingen zijn speciale frames van bijvoorbeeld Eddy Merckx, deze gaan soms weg voor 1100 tot 1300 euro.

Mijn Frame

Het is bij het zoeken natuurlijk van belang dat je een frame kiest wat bij jouw postuur past. Bij een fiets hebben we het dan al snel over de geometrie maar eigenlijk is dat gewoon oudgrieks woord voor meetkunde. Een handig hulpmiddel is deze online tool. Meten is weten. Houdt echter rekening met het feit dat jij je fixie hoogstwaarschijnlijk niet continu als racefiets gaat gebruiken. Alle ideale hoeken en afmetingen voor een racefiets zijn dan ook iets minder relevant. Je zult moeten zoeken in de richting van tour / racefietsen. Verder blijkt in de praktijk dat testen meestal de beste raadgever blijkt. Als je dus de kans hebt om jouw donorfiets en/of andere fietsen te testen alvorens je overgaat tot de aankoop dan verklein je het risico op een frame wat niet zo goed bij je postuur past.

Soms is het verstandiger om een complete oude (race/baan)fiets te kopen. Dit omdat de (oude) eigenaar er soms de waarde niet van inziet (als je een los frame koopt dat is de kans redelijk aanwezig dat de persoon waar je het frame van koopt zelf ook bezig is met het bouwen van fixed gear fietsen) en omdat je zo zeker weet dat je passende onderdelen hebt. Al is het maar om in ieder geval de eerste tijd op je fiets te kunnen rijden. Je kunt bepaalde zaken altijd later nog vervangen.

Een mooi, strak frame

Zoals eerder gezegd kun je het beste voor een stalen frame gaan. Deze frames zijn sterk, stijf en meestal recht. Indien ze iets afwijken kun je ze zelfs nog wat terugbuigen (voorzichtigheid is geboden). Qua dropouts (of pads) zijn er twee goede opties: Horizontaal of Track drop-outs (later meer).

Het is lastig om aan te geven wat goede stalen frames zijn aangezien de bouwmethode vaker relevanter is dan het exacte staal wat er gebruikt is (alhoewel daar ook veel verschil in zit). Over het algemeen is het aan te raden om te kiezen voor een merkframe met goede buizen. Er zijn veel fans van Reynolds (waarschijnlijk omdat ze een begrip zijn geworden na meer dan 110 jaar!) en Columbus buizen maar er zijn meer goede fabrikanten, staar je daar dus niet blind op. De meeste oudere stalen frames bestaan uit buizen die verbonden zijn met gesoldeerde lugs. Dit is een traditionele bouwmethode en heeft in zekere zin voor een gestandaardiseerde buisdiameter gezorgd. Met lassen en lugloos solderen kun je eenvoudiger grotere diameter en stijvere buizen verwerken maar dit kom je niet overal tegen tenzij je echt een custom frame laat maken en/of koopt. Ik zal hier niet te diep op ingaan maar als je meer over custom frames, staal, buizen, diameters etc. wilt leren dan kun je hierhier en hier een kijkje nemen.

Normaal gezien wordt een frame geleverd met een voorvork. Als dit niet het geval is, zorg er dan voor dat je een vork hebt die past (duh!, maar kijk toch nog maar eens goed!), het liefts nog op maat gezaagd moet worden (indien je het balhoofd nog moet monteren) en eentje die je wiel op voldoende afstand van je onderbuis houdt ( bij sommige baanfietsen zit het voorwiel vrij dicht tegen het frame aan).

De voorvork van een fiets is normaal gezien niet helemaal recht, er is een lichte doorbuiging naar voren. Hierdoor ontstaat er een naloop. Dit is de afstand tussen de loodrechte projectie van de wielas en het verlengde van de balhoofdbuis op de weg. Hoe minder de voorvork doorbuigt, hoe groter deze afstand en hoe beter de fiets rechtuit rijdt of hoe stabieler de fiets rijdt bij hogere snelheden. Voor een racefiets mag de naloop 6 cm bedragen. Bij een gewone stadsfiets is deze afstand iets kleiner (5 cm), wat directer stuurt of stabieler is aan lage snelheden. Baanfietsen hebben doorgaans een rechtere vork dan racefietsen vanwege de vele bochten die men neemt. Dit zorgt voor een directer stuurgedrag maar minder stabiliteit op de rechte stukken. Wat voor jou de ideale naloop is hangt af van je persoonlijke voorkeuren, wat je met de fiets gaat doen en eventueel je ervaring. Ook hier geldt dat de praktijk de beste leerschool is.

Verreweg de meeste oude racefiets-vorken hebben een schroefdraad op de vorkpijp en hebben dus een draadbalhoofd. Dit balhoofd / vork systeem onderscheidt zich van alle andere systemen door de bevestiging met de balhoofdmoeren op de vork (met schroefdraad) en is soms net wat lastiger af te stellen. Meest voorkomende maten zijn 1″ en 1 1/8″. Bijbehorende stuurpennen hebben een buiten diameter van 22.2mm en 25.4mm. Als je niet zeker weet welk balhoofd je frame heeft dan is het raadzaam om hier een kijkje te nemen of om je frame even langs een fietsenwinkel te brengen. Als het frame nog geen balhoofd heeft of als je deze wilt vervangen dan kun je dit, tenzij je de nodige ervaring en de juiste tools hebt, het beste laten doen bij een specialist.

Als je je zorgen maakt over de breedte van de vork en het achterpad (de uitvalmaat), als je geen bijgeleverde wielen hebt, dan is het verstandig om het frame even op te meten. Vanaf ongeveer 1987 werd de standaard uitvalmaat voor racefiets achterwielen 130 mm, daarvoor kunnen ze nog wel eens smaller zijn. Veel mensen buigen het frame iets op maar ik zal hier voorzichtig mee zijn. Baanfietsen hebben een inbouwmaat van 120 mm. In principe is er voldoende te kijgen in de maat 120 en 130 mm. Echter, niet alle naven zijn in beide maten leverbaar. Hier moet je dus even op letten. De voorvork heeft doorgaans een uitvalmaat van 100 – 110 mm. Er zit was “slack” in omdat de vork altijd iets bij elkaar geknepen wordt als je het wiel vastzet.

Drop-outs / Pads

De eerder besproken dropouts of pads zijn de uiteinden van het frame waar je het achterwiel in monteert, het beste is een horizontale drop-out of een baanframe drop-out. Een baanframe heeft een horizontaal pad waardoor je het eigenlijk geen drop-out kunt noemen. Het linkerplaatje spreekt boekdelen. Deze dropouts zijn van belang bij het monteren van het achterwiel. Je wilt immers de kettingspanning kunnen optimaliseren door een kleine verplaatsing van het wiel. Baanfietsen zijn in feite al fixed-gear fietsen. Deze frames zijn dus ideaal. Helaas zijn ze wel altijd wat duurder. Controleer een tweedehands fiets/ frame goed op scheurtjes en/of verbogen drop-outs.

Mijn fixie is gebasseerd op een handgemaakt Flandria stalen baanframe. Een prima frame om een fixie van de bouwen. Ik gok dat het frame van eind jaren 80 is. Ik heb het frame overgenomen van een andere fixie bouwer. Het frame is opgeschuurd en overgespoten in de kleur babyblauw. Het spuitwerk is gedaan door M-level in Belgie. Ik weet niet exact wat dit gekost heeft maar ik weet wel dat het frame erg netjes gespoten is. Vakwerk dus.

Stuur / Stuurpen / Balhoofd

Veel fixie rijders maken bij het kiezen van het stuur een overweging tussen wat praktisch is en wat ze mooi vinden. Zo zijn er veel verschillende modellen en kiest de ene voor een stuurlint en de ander voor een kaal stuur. Aangezien een echte fixie een fiets naar eigen voorkeur is, gaat het er om wat je zelf mooi vindt. Daarnaast moet het stuur natuurlijk wel nog enig comfort bieden.

Mijn stuur

Als je slechts een frame hebt ga je natuurlijk op zoek naar onderdelen. Mijn idee was om zoveel mogelijk athentieke oude onderdelen opnieuw te gebruiken. Ze moesten er echter wel “ok” uitzien. Ik begon met het stuur en de stuurpen omdat ik wat meer tijd nodig had voor het stuur. Het stuur moest namelijk deels bekleed worden met leer en dat kon nog wel eens een werkje worden… Mijn oog viel op een oud Cinelli Campione Del Mondo stuur met stuurpen (Qua stuurpen is het zaak dat je de juiste maten kiest. Zo verschillen de lengtes, hoeken en diameters. Zorg er dus voor dat je eerst meet en dan besteld! Verder is het natuurlijk een kwestie van smaak). Deze is redelijk goed verkrijgbaar en gaat gaat weg voor 40 – 120 euro. Ik weet niet meer precies wat ik ervoor betaald heb maar de prijs was redelijk, zeker gezien het feit dat de stuurpen werd meegeleverd.

Het stuur heb ik bij binnenkomst met de hand gepolijst en deels bekleed met kalfsleer. Aangezien ik het leer wou matchen met de kleur van het inmiddels nieuw gekochte zadel (zie volgend hoofdstuk) zocht ik iets wat zoveel mogelijk in de buurt kwam. In eerste instantie probeerde ik een stuk zacht schapenleer van de lokale leerhandel maar dat bleek niet sterk genoeg voor de stiksels. Na een tijdje zoeken ben ik langs William Kooy gereden. Hier vind je prachtige stukken leer voor zeer goede prijzen. De eigenaar was zeer behulpzaam en raadde me aan om kalsfsleer te nemen omdat dit genoeg rek heeft en sterk genoeg is voor de stiksels. Ik had voor de zekerheid alvast het zadel meegenomen zodat William me kon helpen met het vinden van de juiste kleur. Het duurde dan ook maar een paar minuten en we hadden een perfect stukje gevonden. Voor de prijs (35 euro) kon ik het zeker niet laten liggen.

Ik zal niet liegen en zeggen dat het een koud kunstje was om de handvatten te maken. In denk dat er, na veel teststukken en mislukte pogingen, een kleine 15 uur werk in zat. Dit kwam omdat ik in eerste instantie met het verkeerde leer begon en omdat leer best lastig is om mee te werken. Een paar milimeter teveel en je hebt te weinig rek, een paar milimeter te weinig en je moet de stiksel te hard aantrekken, het is lastig om goed recht te snijden en het kiezen van de juiste afstand voor de gaatjes was even een uitdaging. Het maken van de bocht is ook nog een uitdaging. Mijn ervaring is dat het los aanbrengen en naaien op de rechte stukken de beste optie is. Hierna schuif je het handvat als één geheel over de bocht heen om vervolgens de stiksels na te trekken. Ook gebruikte ik voor de zekerheid wat lijm. Het draad is wit waxdraad van ongeveer 1.5 millimeter. Als je van plan bent om soortgelijke handvatten te maken dan kan ik je aanraden om eerst op een recht stuk te oefenen en dit, wanneer je tevreden bent, nog eens over te doen op je stuur.

Je stuur bevestig je via een stuurpen aan je vork/ balhoofd. Ook dit onderdeel is vaak een afweging tussen praktisch en esthetisch. Buiten het feit dat je namelijk moet letten op de diameter van de pen kun je namelijk ook kiezen uit diverse soorten. Ik was op zoek naar een retro stuurpen en deze werd gelukkig bij het stuur geleverd. Als je op zoek bent naar de ideale zithouding dan is het wellicht raadzaam om dit even door te lezen.

Doorgaans zal je frame al voorzien zijn van een balhoofd (zie hoofdstuk frame). Ik moest echter op zoek naar een nieuw balhoofd en heb deze bij de LBS (je weet nu wat dat is) in het frame laten persen. Ik heb gekozen voor een nieuwe, ouderwets (NOS – New Old Stock) Rudelli balhoofd met naaldlagers.Na lang zoeken het juiste leer gevonden.Meten, teststukjes, knippen, snijden etc.Leer naaien, nachtwerk.Het eerste handvat is af.Het stuur gemonteerd.Beide handvattenPassend bij de kleur van het Brooks zadelBalhoofd / vork

Zadel / Zadelpen

Verreweg de meeste fixie’s met een beetje stijl hebben een leren zadel en vaak betreft het een Brooks model. Brooks maakt sinds jaar en dag lederen zadels en biedt levenslange garantie op alle zadels. Ze zijn volledig handgemaakt en erg gewild. Dit maakt het dan ook lastig om een geschikt tweedehands model te vinden. Daarnaast past een leren zadel zich na verloopt van tijd aan aan de anatomie van de rijder (zo, dat is nog eens netjes verwoord). Nu heb ik het niet getest maar wellicht dat het dus fijner is om het zadel zelf in te rijden. Alhoewel dit wel een pijnlijke aangelegenheid kan zijn. Maar goed, wie mooi wil zijn…

Ik heb zelf gekozen voor een Brooks Swift zadel met chromen rails. Het zadel is voorzien van hand geslagen koperen klinknagels en een dun uitgesneden stukje leer aan de zijkant. Veel oog voor detail dus. Als je een beetje zoekt dan vind je Brooks zadels tweedehands voor 40 – 80 euro en nieuw voor 100 – 200 euro. De Swift ligt in de winkel voor 140 euro.

Qua zadelpen kun je het zo gek maken als je zelf wilt. Uiteraard moet je wel eerst even de juiste diameter opnemen. Mooie klassieke zadelpennen zijn wel flink aan de prijs. Ik was op zoek naar een mooie 27.2 Campagnolo zadelpen en betaalde uiteindelijk bijna 100 euro voor een NOS Chorus model (maar het kan nog gekker).

Trapas / crankset

Als je een donor fiets gebruikt als basis voor je fixie dan zal deze hoogstwaarschijnlijk al een trapas en crankset bevatten. Indien deze zonder speling netjes draait kun je hem gewoon blijven gebruiken. Wel moet je ervoor zorgen dat je een zo recht mogelijke kettinglijn hanteert. Dit geldt met name voor cranksets waar je meerdere bladen op kunt monteren. Je moet dus even kijken wat de beste positie is. Aangezien het raadzaam is om je voorblad te verangen voor een nieuw exemplaar (zie volgend onderwerp – tandwielen en verhouding) moet je rekening houden met het feit dan er verschillende diameters zijn, niet ieder blad past dus op jouw crankset. Meestal voorkom je dit probleem door gewoon de een voorblad van hetzelfde merk te kopen, dit neemt natuurlijk niet weg dat je kunt combineren. Het verkleint echter wel de kans op problemen. Verder lopen mensen nog wel eens tegen het “uitstekende boutjes probleem” aan als ze slechts 1 blad monteren. Dit komt omdat veel boutjes gemaakt zijn om twee bladen vast te houden. Je kunt de boutjes dan veilen/ zagen maar wellicht is het verstandiger om gewoon nieuwe te kopen.

Crank en voorblad

Mocht het zo zijn dat je geen trapas en/of crankset hebt dan kun je het beste naar een (tweedehands) baancrank en nieuwe trapas zoeken. Een beetje crankset begint bij de 50 euro en loopt op tot 300 euro of meer, een nieuwe trapas vind je voor 40 a 50 euro dus ik zal geen moeite doen om een tweedehands model te zoeken. Op fixed gear fietsen maakt men vaak gebruik van een zo kort mogelijke crank. De reden is simpel; je trappers draaien door in de bochten waardoor ze de grond kunnen raken. Een kortere crank verkleind de kans op ongelukken. Ook op het gebied van cranks en trapassen zijn er op het internet ook veel discussies te vinden. Feit blijft dat ook dit een kwestie van smaak is. Helemaal als je twijfelt tussen externe lagers of een traditionele trapas. Persoonlijk vind ik namelijk dat externe lagers niet bij een echte fixie passen omdat het er simpelweg te modern uitzit.

Een ander veelbesproken ding is de Q waarde. Dit is in feite ook een stukje geometrie van de fiets alleen is dit jarenlang onderschat geweest. In principe is de Q waarde de afstand tussen de buitenkanten van je cranks. Deze afstand wordt bepaald door het type trapas, je frame en cranks. Het idee achter de Q waarde is dat mensen, wanneer ze rechtopstaan en lopen een bepaalde afstand tussen hun voeten hebben. De natuurlijke voetafstand. Deze natuurlijke afstand is de meest ideale afstand omdat het is afgestemd op je lichaamsbouw (breedte heupen, O of X benen etc.). Echter, verreweg de meeste fietsen hebben een te grote afstand waardoor je een onnatuurlijke houding aanneemt. Dit probleem is vaak wat groter bij mensen met kortere benen aangezien ze hun benen nog verder moeten spreiden. In principe is een optimale Q waarde van persoon tot persoon afhankelijk maar het is aannemelijk dat een onnatuurlijke houding, zeker voor langere periodes, kan zorgen voor lichamelijke problemen. Verder is er sprake van efficiency verlies. Voor je fixie gaat dit wellicht allemaal een beetje ver, maar het is wel iets om rekening mee te houden als je van plan bent om veel lange afstanden te gaan fietsen. Als je op zoek bent naar meer informatie dan kun je een hoop terugvinden op de site van Ernie Frieke.

Wil je meer leren over crankstellen dan raadt ik je aan om dit artikel te lezen. Wil je je trapas zelf vervangen dan kan dit wellicht een handig artikel zijn.

Aangezien ik zelf op zoek was naar een zo strak mogelijke baan retro-cankset met een goede prijs/ kwaliteit verhouding heb ik gekozen voor een oude Miche crank. Deze is vervolgens met de hand gepolijst waardoor ik tevens het logo heb weggepolijst (dat was uiteraard de bedoeling). Verder heb ik gekozen voor een nieuwe FSA trapas. Uiteraard heb ik ook nieuwe Miche tandwielen aangeschaft.

Tandwielen en verhouding

Meestal is het raadzaam om bij het bouwen van je fixie de tandwielen nieuw te kopen. Zeker gezien het feit dat je bij een donorfiets hoogstwaarschijnlijk een versleten (en niet bruikbare – daarover later meer) ketting krijgt. En ook omdat de bladen en kransen van moderne schakelsystemen zijn voorzien van speciale uitsparingen en lagere tanden, die ervoor moeten zorgen dat de ketting makkelijker van tandwiel kan verwisselen. Een veelgestelde vraag is dan ook wat de beste tandwiel verhouding is.

Buiten het feit dat er natuurlijk geen vaste regels zijn kun je hier vaak wel wat nuttige tabellen over terug vinden. Verder is de kans groot dat de meningen erg verdeeld zijn. Hier kom je tijdens je zoektocht wel achter. Eigenlijk zijn er drie dingen waar je rekening mee moet houden. Eén is wederom je drop-out, twee is je gemiddelde snelheid i.c.m de omgeving en drie is hoe je denkt te gaan remmen met je fiets. Alle punten zijn lastig als je geen ervaring hebt met het rijden op een fixie en/of het bouwen van, en het is nog moeilijker als je helemaal geen fietservaring hebt.

Fietsen met een verticale drop-out zijn lastig om te bouwen omdat je als snel in de problemen raakt met het op spanning brengen van je ketting. Als je weinig ruimte hebt om je slack te compenseren dan ben je vaak aangewezen op bepaalde verhoudingen. Met een beetje zoeken op het web vindt je waarschijnlijk wel wat goede verhoudingen en tips, maar het blijft een uitdaging. Eentje waar je wellicht beter niet aan kunt beginnen.

Wat je verder kunt doen is uitgaan van de omgeving waarin je de fiets het meest gebruikt en de gemiddelde snelheid die je fiets en, misschien nog wel belangrijker, denkt te gaan fietsen. Zo zal een fixie waarschijnlijk een stuk harder gaan dan je MTB of stadsfiets. Als je racefiets / mtb ervaring hebt en je hebt een tijdje met een cadance/ snelheidsmeter gereden dan is het een stuk makkelijker inschatten (alhoewel je wel met verschil in qua weerstand en wielmaat zit).

Als je denkt dat je veel gaat skidden dan kun je bepaalde tandwiel verhoudingen hanteren die het skidden iets makkelijker maken. Belangrijker zijn hoeveel skidding patches je hebt of eerder gezegd krijgt. Met andere woorden; als je denkt dat je veel zult afremmen door het achterwiel te laten slippen, dan kun je met bepaalde tandwiel verhoudingen ervoor zorgen dat je de slijtage van je band verdeelt over meerdere stukken in plaats van 1 of 2 plek(ken). En dit heeft natuurlijk weer als voordeel dat je band iets langer meegaat! Het aantal skid plekken, de trapasomwentelingen, je snelheid etc. zijn te berekenen. Gelukkig heb je hier diverse online calculators voor, één van de betere die ik tegen kwam staat hier.

Zelf heb ik een tandwiel verhouding van 48/ 18. Volgens mij is dit doorgaans, voor normaal gebruik, een prima verhouding. Mocht je er toch nog graag over willen discussiëren dan raadt ik je aan om dit ergens op een forum te doen. Ben je helemaal idolaat van tandwielen en verhoudingen dan adviseer ik je om deze poster te kopen en boven je bed te hangen.

Ketting

Een ketting uitzoeken voor je fixie is op zich niet zo moeilijk. Er zijn voldoende merken die een single speed ketting kunnen leveren. Ook hier kun je het (helaas) erg gek maken. Van lelijke gekleurde kettingen en gekke vormen tot (gelukkig) normale kettingen. Echter, als we terug gaan in de tijd dan valt op dat men vroeger vaak BMX kettingen gebruikte. Dit deed men vanwege de korte schakels en de stevigheid van de schakels. Dat laatste omdat fixie rijders vaak ook remmen met de ketting. Ofwel, de ketting kan in zekere zin van levensbelang zijn. Waar let je dan op? Nou, in ieder geval op de stevigheid, je wilt een sterke ketting die niet zomaar breekt als je keihard tegengas geeft. Daarnaast wil je kettingrek zoveel mogelijk voorkomen en wil je, gezien het feit dat je toch maar 1 tandwiel hebt, niet dat de ketting teveel speling heeft. Derailleur-kettingen zijn namelijk gemaakt om, tot op zekere hoogte, kruislinks energie over te dragen. Ofwel, ze zijn wat flexibeler. Iets wat je dus precies niet wilt voor een fixed gear fiets want dit vergroot de kans van het aflopen van je ketting aanzienlijk. Erg belangrijk bij een singlespeed is ook het spannen van de ketting. Voor een singlespeed met freewheel kun je gebruik maken van een kettingspanner op de plek van de derailleur, voor een fiets met fixed gear is dit natuurlijk geen optie. Dit omdat de spanner niet overweg kan met de krachten die erop uitgeoefend worden bij het afremmen van het achterwiel.

Dus wat voor ketting kies je? Buiten het feit dat dit persoonlijk is moet je gewoon een singlespeed / baanfiets ketting of een BMX ketting nemen. Gebruik dus niet de ketting van je donorfiets als het een racefiets is!

Persoonlijk vind ik de BMX kettingen met halve schakels wel wat hebben omdat de halve schakels er gewoon erg tof uitzien. Ik heb dan ook gekozen voor een silverkleurige BMX half link ketting. Bijkomend voordeel van deze ketting is dat je, gezien de halve schakels, net iets nauwkeuriger te werk kunt gaan bij het op maat maken van je ketting. Dit kan een voordeel zijn bij korte drop-outs.

Buiten een goed opgespannen ketting wil je ook een zo recht mogelijke kettinglijn, dat is de lijn van het voortandwiel naar het achtertandwiel. Het is overigens lastig om de kettingspanning te meten. Je kunt het beste kijken hoe ver je de ketting met je vinger ten opzichte van de grond of achtervork op en neer kunt bewegen. Te strak is niet goed (een paar millimeter), maar te los, meer dan 1.5 – 2 cm is ook niet ok. Bij normaal gebruik rekt de ketting altijd een beetje uit. Dit is (tot op zekere hoogte) normaal maar kan ervoor zorgen dat je je ketting zo nu en dan moet opspannen. Doorgaans doe je dit bij een fixed gear fiets door het wiel iets verder naar achteren te verplaatsen. Zorg er dan ook voor dat je geen snelspanners gebruikt, “ouderwetse” moeren zijn het beste geschikt aangezien deze het wiel beter op z’n plaats houden.

Info over het vervangen van je ketting

Pedalen

Aangezien een fixed gear fiets een doortrapper is krijg je te maken met continue draaibewegingen van de trapas. Ofwel, je trappers blijven draaien, ook als je zelf stopt met trappen. Buiten het feit dat dit natuurlijk typisch is voor een fiets zonder freewheel kan het ook redelijk gevaarlijk zijn. De meeste fixed gear rijders kiezen dan ook voor relatief smalle pedalen met een klik of strap + toeclip systeem. Dit systeem zorgt voor een betere controle van de fiets en zorgt ervoor dat je voeten niet per ongeluk van het pedaal afschieten met alle gevolgen van dien. Ook hierin heb je weer heel veel keuze. In principe is een klik systeem natuurlijk (SPD is het meest bekende systeem) erg fijn maar het heeft ook beperkingen. Zo zijn de pedalen vaak te modern vormgegeven en heb je niet altijd zin om met speciale fietsschoenen te rijden. Uiteraard zijn er een soort hybride pedalen te verkrijgen. Echter, deze zijn het minst praktisch omdat de verkeerde kant vaak boven zit en de pedalen doorgaans wat lomper zijn uitgevoerd.

Oldskool

Het komt er op neer dat je, zeker wanneer je een stijlvolle fiets wilt bouwen, al snel bent toegewezen op oudere pedalen met straps. Afhankelijk van je budget en voorkeuren kun je hier wel eens meer geld aan gaan uitgeven dan dat je in eerste instantie had gehoopt. Maar met genoeg geduld en geluk vind je misschien een goed geprijsd setje. Mijn zoektocht bracht me bij de oude baan/ racefiets pedalen van Campagnolo. Ik kocht in eerste instantie een setje via Marktplaats maar deze bleken bij aankomst toch iets teveel gebruikt. Uiteindelijk heb ik dan maar een NOS setje pedalen voor rond de 100 euro gekocht. Qua prijs had ik redelijk geluk, dezelfde pedalen heb ik op Ebay voor 150 tot 300 dollar voorbij zien komen.

Wielen / Banden

Verreweg de meeste race/baanfietsen hebben een wielmaat van 26 en 28 inch. Dit is dus redelijk standaard. Wat voor wielen je voor je fixie gebruikt is erg afhankelijk van je smaak (en stijl ;)). Je wielen zijn net zo persoonlijk als de rest van je fiets. Wel moet je rekening houden met het feit dat je fixed gear naaf redelijk wat kracht op het wiel plaatst, zeker als je het achterwiel gebruikt om af te remmen. Over het algemeen zullen je standaard wielen met eventueel wat aanpassingen volstaan maar als je op zoek gaat naar iets exclusiefs dan ga je al snel richting een setje fixie / baanwielen of, als je budget het toelaat, laat je iets op maat maken. Overigens hoeft het op maat laten maken van een wielset ook geen bakken met geld te kosten. Een goede set wielen heb je vanaf ongeveer 250 euro, dit loopt door tot 1000 euro of meer.

Gespaakte wielen

Het leuke aan het laten maken van wielen is dat je wat meer keuzevrijheid hebt in het soort velg, naaf, spaak, nippels, met of zonder remrand etc. etc. Als je kiest voor gespaakte wielen dan heb je vervolgens vaak weer de keuze uit twistend, gekruisd of radiaal (zie linker afbeelding). Uiteraard kun je ook twee verschillend gespaakte wielen kopen.

Baanfietsen hebben doorgaans kortere spaken en hogere naven en flensen. Dit zorgt voor meer stijfheid en stabiliteit. Bij veel baanfietsen heeft men ook nog eens de spaken aan elkaar gesoldeerd. Het spreekt voor zich dat dit het wiel nog meer stijfheid geeft. Echter, je levert voor een fixie dan ook iets in op comfort.

Ik kan dagenlang schrijven over naven en wielsets maar het belangrijkste om te onthouden is dat een navenset die oorspronkelijk voor baanfietsen is ontwikkeld altijd wat meer verzorging nodig heeft. Dit omdat de naven normaal gezien alleen binnen gebruikt worden en dus normaal gezien niet worden blootgesteld aan vocht en dat soort zaken. Dit is zeker iets om rekening mee te houden bij het bestellen van je wielen maar nog meer als je een oude baanwielset koopt. Vroeger waren de afdichtingen een stuk minder dan tegenwoordig dus de kans dat je wat onderhoudswerk krijgt is dan ook vrij groot. Campognolo raadt het overigens af om met baanwielen te weg op te gaan.

Zelf was ik op zoek naar een wat meer klassieke (baan)wielset in de prijsklasse van 250 – 400 euro. Na wat zoekwerk kwam ik bij equilibrium-wielbouw.nl terecht. Buiten het feit dat Equilibrium levenslange garantie op spaakbreuk geeft en 2 jaar garantie op de mechanische delen, ben ik ook zeer te spreken over de algemene service (De eigenaar, Martijn Pronk, is een zeer sympathieke en behulpzame man) en de prijzen. Ik denk persoonlijk dat je niet snel zulke mooie handgemaakte wielsets voor deze prijzen zult tegenkomen!

Ook het kiezen van banden blijft een kwestie van smaak. Verder zorgt een band bij een fixie natuurlijk ook een groot deel voor het comfort. Banden met een zachtere wang hebben doorgaans de voorkeur, zeker als je je bedenkt dat snelheid, met slechts één versnelling (jij), enigzins gelimiteerd is. Voor de snelheid hoef je het dus niet te doen. Tegenwoordig bieden de meeste fabrikanten ook een band met een harder loopvlak en zachtere wangen. Met deze zogenaamde duaal-compound banden heb je het beste van twee werelden: Een hard loopvlak voor snelheid (gepaard met minder slijtage) en een zachte wang voor het bochtenwerk en extra comfort.

Zelf was ik op zoek naar een beige/ creme kleurige band. Deze was iets lastiger te vinden dan aanvankelijk gedacht. Op zich opmerkelijk want het zwarte broertje van deze band is volop verkrijgbaar. Gelukkig kreeg ik de tip van Martijn Pronk om hier te kijken. En inderdaad, een prima prijs voor de duaal-compound band die ik zocht.

Remmen

Veel puristen plaatsen geen rem en verlichting op hun fixed gear fiets. Een rem en/of lamp wordt gezien als overbodig en verstoord het beeld van een simplistische fiets. Of het verstandig is mag je zelf bepalen. Het hangt natuurlijk helemaal af van jouw fixie ervaring en mate waarin je de “fixie remtechnieken” beheerst. Als je bepaalt om geen rem op je fiets te zetten, dan is het in ieder geval raadzaam om je remtechniek goed onder controle te krijgen. Een cheesy filmpje over het remmen kun je hier terug vinden. Als je bepaalt om toch een rem op je fiets te zetten bedenk dan dat je, wanneer je remt, het meeste zult remmen op je voorwiel. De verhouding is, op rechte stukken, ongeveer 80/20. Je kunt je voorstellen dat een achterrem dan vrij weinig nut heeft, het kan er zelfs voor zorgen dat je wiel blokkeert en je gaat slippen. De bochten zijn dan weer een ander verhaal maar ik neem aan dat iedereen wel weet je dat je voor de bochten moet afremmen.

Bedenk in ieder geval dat het hier grotendeels om je eigen veiligheid gaat. Ditzelfde geldt voor het dragen van een helm en het rijden met verlichting als het donker is. Verder heb je natuurlijk rekening te houden met een stukje wetgeving. Ik denk niet dat je snel aangehouden wordt maar mocht je ooit een keer tegen de lamp lopen en met een gefrustreerde agent te maken krijgen (dat zijn ze bijna allemaal dus je bent gewaarschuwd ;)) dan kun je wel eens een probleem hebben. Dus zeg niet dat ik je niet gewaarschuwd heb.

Het duurde overigens even voordat ik een geschikte remhendel had gevonden. Ik zocht iets nieuws maar wou geen moderne remhendel. Na lang zoeken kwam ik uit bij een Guidonnet remhendel die gelukkig bij het ontwerp paste. Verder was het nog een uitdaging om de juiste remkabel te vinden. Ik zocht een bruine buitenkabel maar het bleek onmogelijk deze te vinden. Uiteindelijk kon ik hem bij Koga bestellen (per 10 meter o.i.d.) maar de kleur bleek net niet helemaal overeen te komen. Een zilveren kabel bleek uiteindelijk de mooiste oplossing. Als je dus nog op zoek bent naar een paar meter bruine remkabel dan kun je me even een mailtje sturen 😉

Het uiteindelijke resultaat is hieronder te bewonderen. De foto’s zijn te danken aan Tim Trinh Fotografie

Als je zelf overweegt om een Fixie te bouwen dan kan ik je het van harte aanraden, het is erg tof om je eigen draai te geven aan een toekomstig alledaags voorwerp. Ik hoop dat je genoeg informatie en inspiratie hebt om van start te gaan. Veel plezier met je nieuwe of aankomende fixie en stuur me maar een foto als je project is afgerond. Ik zal hem in de Leefjewel.nl gallery plaatsen. Tevens wil ik je onderstaande docu niet onthouden!

Wetgeving in Nederland

Dit artikel is nog in aanmaak aangezien mijn fiets ook nog steeds in de maak is. Zodra de fiets klaar is volgt er een update. Echter, ik wil de bovenstaande informatie graag alvast delen omdat het nu perfect fietsweer is.

Deze blog is met de grootste mogelijke zorg samengesteld. Mocht je n.a.l.v. bepaalde onderdelen vragen/ opmerkingen hebben dan kun je deze mailen naar info@leefjewel.nl. Wil je meer lezen over de besproken onderdelen of techniek dan is het raadzaam om de onderstaande websites te bezoeken. Sheldon Brown, een markante Amerikaanse monteur/ fiets expert heeft jarenlang zeer uitgebreide stukken geschreven over de meest uiteenlopende zaken. Helaas is hij in 2008 op 63 jarige leeftijd overleden. De website , Sheldonbrown.com heeft inmiddels een “cultstatus” en wordt echter nog steeds onderhouden. De site wordt vandaag de dag gezien als een zeer belangrijke informatie/referentie bron.

Laat een Reactie achter